SGOA Signaal editie 3 – 2022

Geachte lezer,

In deze editie van onze nieuwsbrief onder meer aandacht voor het volgende:

  1. ICT & Conflict, de top 5 van 2022
  2. Zo win je de Hans Frankenprijs
  3. Kennismaken met mediator Huub de Jong
  4. Een verslag van de SGOA Jurisprudentie Update op 3 november 2022
  5. Leverancier tegen afnemer
  6. Auteursrecht op software is (nog) niet overgedragen
  7. Opposant moet toegang verlenen tot Github
  8. Geen schending zorgplicht bij belegging in crypto
  9. Koopovereenkomst tokens rechtsgeldig
  10. Vordering gemaakte ontwikkelkosten toegewezen

ICT & Conflict, de top 5 van 2022

December is de maand van lijstjes en jaaroverzichten. En daar doen we bij de SGOA graag aan mee. Zoek in het Financieele Dagblad op de term ICT en je ziet meteen welke onderwerpen in 2022 het ICT-nieuws domineerden. Lees de vijf FD-krantenkoppen hieronder.

  1. Hoe staat het nu met Ruslands digitale oorlog? (20-4-22)
  2. Grootste krapte in ICT, snelste toename in horeca (23-9-22)
  3. ‘Het hele rechtssysteem is failliet’, klaagt de omstreden IT miljonair Gerard Sanderink (1-11-22)
  4. Vernieuwing ICT achter belangrijkste belastingen duurt zeker nog vijf jaar (26-1-22)
  5. Bedrijf in vitale sector riskeert straks boete bij gebrekkige cyberveiligheid (10-11-22)

Vooral veel somber nieuws van het ICT-front dus. Maar hét ICT buzz word van 2022 – Artificial Intelligence (AI) – is in die headlines opvallend afwezig. Terwijl je daar toch op zijn minst de lancering van de spraakmakende AI chatbot ChatGPT verwacht.

Zeker de moeite waard om zelf eens te proberen: Google en Wikipedia verbleken erbij.

Meer naamsbekendheid

Natuurlijk heb ik in ChatGPT eerst de afkorting SGOA ingevoerd. Dat was nog net iets te ingewikkeld: I’m sorry, but I don’t recognize the acronym SGOA. Could you provide some context or more information about what you are looking for?

Maar na het invoeren van de volledige naam Stichting Geschillen Oplossing Automatisering kwam het goed: het antwoord was kort, bondig en spot on. En bij het invoeren van de termen ICT-Conflict-Nederland, kwam dezelfde beschrijving tevoorschijn. Zonder vermelding van de SGOA helaas, en dat kan natuurlijk niet de bedoeling zijn. Voor 2023 zetten wij daarom in op het vergroten van onze naamsbekendheid. Iedereen moet komend jaar weten dat je voor ICT-conflicten bij de SGOA moet zijn. Om ze op te lossen wel te verstaan.

True believers

Eva Visser is als bestuurslid toegetreden tot het bestuur van de SGOA. Zij treedt in de voetsporen van haar illustere voorganger Peter van Schelven, een van de grondleggers en true believers van de SGOA. En zeg je SGOA-grondlegger, dan zeg je Hans Franken. Sieuwert van Otterloo legt uit hoe je de naar Hans vernoemde tweejaarlijkse scriptieprijs wint. Dus wie deze ambitie heeft: volg Sieuwerts tips op en je hoort volgende keer vast bij de kanshebbers.

Als ICT-dienstverleners in 2023 toch weer met conflicten de headlines van het FD domineren, kunnen ze aankloppen bij Huub de Jong die als associate mediator sinds dit jaar verbonden is aan de SGOA. Huub stelt zich verderop in SGOA Signaal voor.

Het allerbeste voor 2023

En natuurlijk wil ik namens het bestuur iedereen die betrokken is bij de SGOA bedanken voor de inspanningen in het afgelopen jaar.

Namens het bestuur en bureau van de SGOA wens ik u fijne feestdagen en het allerbeste voor 2023. We hopen op een jaar waarin alle (ICT-)conflicten vreedzaam worden opgelost.

Chris Barbiers
Voorzitter

Tips en inzichten van jurylid Sieuwert van Otterloo

Zo win je de Hans Frankenprijs

Als jurylid bij de Hans Franken scriptieprijs ben ik elke keer verrast door de diversiteit van de scripties die worden ingediend. Elke twee jaar worden er andere IT-recht-onderwerpen onderzocht. Maar er kan maar één scriptie winnen. Om afstudeerders én net-afgestudeerden te inspireren deel ik in dit artikel mijn inzichten over de inzendingen van de afgelopen twee edities.

Wat maakt een goede scriptie?

Een scriptie is de afsluiting van een studie waarin alle vaardigheden samenkomen. Met de kennis uit de studie beantwoordt de schrijver in de scriptie een wetenschappelijke vraag. Elke scriptie wordt door meerdere juryleden gelezen en vervolgens door de hele jury besproken. In die bespreking bekijken we welke scripties uiteindelijk het meest lezenswaardig zijn voor de doelgroep van ICT-juristen en ICT-deskundigen. Persoonlijk hoop ik op drie zaken: een actueel en relevant onderwerp, een goed leesbaar verhaal, en verrassende conclusies. Het gaat er uiteindelijk om dat de scriptie iets duidelijk maakt: een complex onderwerp zó uitleggen dat het ook voor niet-deskundigen duidelijk is. Een belangrijke vaardigheid in een samenleving die steeds gespecialiseerder wordt.

Actuele onderwerpen

Omdat de SGOA opereert op het snijvlak van informatica en recht, zoeken we voor de Hans Frankenprijs onderwerpen die IT en recht combineren. Op wat voor manier dan ook. Het kan gaan over zorgrobots, over nieuwe toepassingen voor mediation, over garanties op slimme producten, of over digitale contracten: elke twee jaar zijn er nieuwe IT-ontwikkelingen én nieuwe vragen. Om tot een goed onderwerp te komen, ga je na welke juridische middelen er al zijn en of deze kunnen worden toegepast. Nieuwe technologie vraagt niet per se om nieuwe wetgeving. Vaak kunnen we bestaande wetgeving gebruiken. Verrassend vond ik bijvoorbeeld de onderzoeksvraag of wetten voor ongelukken met schepen ook kunnen gelden voor robots. Andere mooie voorbeelden zijn het toepassen van Europese wetten voor productveiligheid op digitale diensten. Dit soort combinaties zorgen voor onderwerpen die goed te onderzoeken zijn: in plaats van een volledig nieuw gebied zijn er allerlei bestaande juridische principes die alleen nog naar de nieuwste praktijk moeten worden vertaald.

Een leesbaar verhaal

Een groot risico bij een afstudeeronderzoek is dat je als student zo diep in een onderwerp duikt, dat je jargon en afkortingen overneemt. Je begrijpt het onderwerp wel, maar legt het dan niet goed uit. Gelukkig hebben veel studenten vrienden, familie en een begeleider die hen hierbij helpen: uiteindelijk moeten de juridische én technische begrippen terugvertaald worden naar goed Engels of Nederlands. Als niet-jurist kijk ik of ik de juridische uitleg goed begrijp. Andere juryleden houden in de gaten of de technologie voor juristen begrijpelijk is.

Relevante conclusies en aanbevelingen

Sommige scripties beginnen voortvarend, maar eindigen voorzichtig en bescheiden: het probleem wordt stevig neergezet, maar de scriptie eindigt met de conclusie dat het lastig is. Maar daar heeft de samenleving niet zo veel aan. Het is beter om het omgekeerde te doen. Begin voorzichtig en bekijk het probleem van alle kanten. Aan het einde, na alle uitleg en analyse, maak je een keuze. Daar is zelfvertrouwen voor nodig. Soms lukt dat goed, soms helaas niet. Een paar heel goede scripties wonnen niet, omdat er geen conclusie kwam die recht deed aan de gevonden problemen.

Stuur vooral in

Het is voor de jury fijn als er veel scripties zijn: de jury bestaat uit liefhebbers van IT en recht en we laten ons graag verrassen. Als je dus een scriptie hebt geschreven (of hebt begeleid) over recht en technologie die goed is beoordeeld, stuur je scriptie dan vooral in. Het mag over conflictbemiddeling gaan, maar dat hoeft niet. Moet je nog kiezen? Kies dan voor IT en recht. De mooie afstudeeronderwerpen liggen voor het oprapen: er komt wetgeving over AI, eigenaarschap van data wordt steeds belangrijker, privacywetgeving wordt volwassen, internationalisering maakt contractering spannender en ketens worden steeds complexer. Het vakgebied lijkt moeilijk, maar is goed aan te leren. Bijvoorbeeld door het maken van een scriptie. En wie weet is die eervolle vermelding en € 2.500,- straks voor jou.

Kennismaken met mediator Huub de Jong

Huub de Jong is advocaat bij Turing Advocaten. Hij heeft jarenlange ervaring met alle facetten van IT-contracteren en IT-geschillen. Huub is sinds dit jaar als associate mediator verbonden aan de SGOA. Hij stelt zich graag voor.

Gefascineerd

“De wisselwerking tussen IT en recht heeft mij altijd gefascineerd. Tijdens mijn middelbare schooltijd heb ik fanatiek software ontwikkeld. Mijn rechtenstudie had als specialisme recht en informatisering (en strafrecht) en mijn afstudeerscripties gingen over het gebruik van cryptografie en PKI. Het was dan ook een logische stap om mijn werkende leven te beginnen bij Deloitte, waar ik als lid van een multidisciplinair team veel mooie IT-projecten heb gedaan. Daarna heb ik de overstap gemaakt naar de advocatuur en deed ik onder andere bij Bird & Bird kennis en ervaring op.”

Boetiekkantoor

“Sinds 1 april 2022 ben ik met een mooi team van gedegen en bevlogen advocaten een eigen boetiekkantoor gestart (Turing). We zijn gespecialiseerd in IT, privacy en digitale transformatie. We bedienen alle sectoren, maar het zwaartepunt ligt op de zorgsector.

De ontwikkelingen in ons rechtsgebied gaan zo snel, dat het ook nu, na al die jaren vernieuwend en interessant blijft. Al was het maar vanwege de vele wetgevingsinitiatieven vanuit Europa. Het is dan ook best hard werken om de relevante ontwikkelingen bij te houden. Gelukkig ben ik ook lid van de redactie van het Tijdschrift voor Internetrecht en bestuurslid van de Nederlandse Vereniging voor Informatietechnologie en Recht: zo moet ik bijblijven.“

Spanning

“Uit eigen ervaring met diverse IT- en outsourcingsprojecten weet ik dat die behoorlijk complex kunnen zijn. Een IT-project loopt bovendien vaak anders dan voorzien, waardoor er spanning ontstaat tussen wat partijen zijn overeengekomen en de praktijk.

De ervaring leert ook dat als de zaak eenmaal bij de rechter ligt, het allemaal heel lang kan duren. Het wordt redelijk onvoorspelbaar en tegelijkertijd is de uiteindelijke uitspraak van de rechters vaak erg zwart-wit. Daarom is mediation wat mij betreft een constructief en pragmatisch middel om geschillen op te lossen. Reden dat ik mij hierin het afgelopen jaar ben gaan specialiseren en mij ook bij de SGOA heb aangesloten. Ik kijk ernaar uit nog veel te mediaten!”

Een verslag van de SGOA Jurisprudentie Update op 3 november 2022

Tijdens de SGOA Jurisprudentie Update op 3 november namen Veerle van Druenen, Christoph Jeloschek (Kennedy Van der Laan) en Hanneke Slager (Cordemeyer & Slager Advocaten) ons mee in de recente jurisprudentie.

Niet te slim af willen zijn

Hanneke startte de middag met de vraag Wie is er gebonden aan een arbitraal beding? Over deze vraag boog het Gerechtshof Amsterdam zich in de zaak tussen Sina Hong Kong en Geosolutions, want het was niet duidelijk of een derde ook partij was bij een overeenkomst. Sina Hong Kong stelde dat dit niet het geval was, en dat het niet gebonden is aan de arbitrage-overeenkomst. Het hof ging mee in deze beoordeling. De overeenkomst was niet expliciet aanvaard. Er gelden hoge eisen wil een derde op niet-expliciete wijze partij worden bij een arbitrageovereenkomst. Eenzelfde soort vraagstuk stond centraal in de uitspraak Natuurrust Eygelshof. De notie kunnen worden voorgelegd is een onvoldoende exclusief overeengekomen arbitrage-overeenkomst, aldus de rechtbank Limburg. Een uitspraak die in de zaal voor discussie zorgde, is die van Stichting Zabawas. De tip die Hanneke ons hier meegaf: probeer de rechter niet te slim af te zijn.

Gewekte verwachtingen

Veerle en Christoph vervolgden de middag. Ze trapten af met de zaak Kabel-Zaandam/Columbus. In hun gezamenlijke project was Columbus eindverantwoordelijke. Na overschrijding van budget en planning ontstond de vraag of Columbus heeft gehandeld zoals van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot mag worden verwacht. Het hof oordeelde dat in de precontractuele fase bij Kabel-Zaandam bepaalde verwachtingen waren gewekt. Columbus had alleen akkoord mogen gaan als het voldoende zijn best had gedaan om de gewekte verwachtingen van Kabel-Zaandam bij te stellen.

Een andere interessante uitspraak is de beoordeling van de rechtbank Oost-Brabant in de zaak Peelgemeenten/Info Support. Info Support zei de overeenkomst op omdat zij niet aan de eisen van Peelgemeenten wilden voldoen. Is dat een tekortkoming? Een lastige vraag. Peelgemeenten heeft Info Support gedwongen extra ontwikkelwerk te verrichten, en dat is het risico van Peelgemeenten. De rechtbank wijst het beroep op garanties dan ook af.

De interessante uitspraken én de discussies die eruit voortkwamen, maakten deze middag weer geslaagd. We kijken uit naar de volgende SGOA Academy.

JURISPRUDENTIE

Leverancier tegen afnemer

SGOA Haarlem februari 2022

Leverancier bouwt websites. Afnemer is ondernemer die online theorielessen verzorgt voor het besturen van auto’s. Er is geen geldige overeenkomst van arbitrage met een van de twee gedaagden in conventie/eiseressen in reconventie. Het geschil tussen leverancier en afnemer gaat over een tekortkoming in de overeenkomst tot herbouw van een website. Er is geen fixed price, en een forse overschrijding van begrote kosten. Er is geen nieuwe website opgeleverd, omdat de backend niet beschikbaar en bereikbaar was voor de afnemer. Er kwam ook geen hulp om die toegang te verlenen. De taalbarrière zou hier een rol gespeeld kunnen hebben. Het verzoek om de overeenkomst te ontbinden wordt gehonoreerd. Ook openstaande facturen vallen onder ongedaanmakingsplicht en hoeven niet betaald te worden. IE-rechten blijven bij de afnemer: de bestaande website was het uitgangspunt en er is verder niet veel opgeleverd. Op grond van art. 8 en 10 EVRM en art. 6:167 BW zijn de online negatieve reviews over de leverancier voor een deel onrechtmatig. Afnemer mag, op straffe van een dwangsom, niet opnieuw negatieve reviews plaatsen.

Auteursrecht op software is (nog) niet overgedragen

Vzr. rechtbank Den Haag 31 okt 2022, IT 4146; ECLI:NL:RBDHA:2022:11934 (eiser tegen gedaagde)

Gedaagde heeft een eenmanszaak en ontwikkelt softwarepakketten waarmee VvE’s hun administratie kunnen voeren. Eiser is een klant die hem jaarlijks een licentievergoeding betaalt. In een intentieverklaring hebben partijen afspraken gemaakt over de overdracht van de auteursrechten op de software en de broncode, en over het gebruik daarvan door gedaagde voor eigen klanten voor de duur van 3 jaar. Er ontstaat een geschil op het moment dat de gedaagde niet mee wil werken aan de implementatie van een doorontwikkelde versie van de software die eiser heeft ontwikkeld. Eiser vordert onder meer dat het de gedaagde wordt verboden de software nog langer te gebruiken of openbaar te maken. Onderdeel van dat geschil is de vraag of – zoals de eiser stelt – de auteursrechten op de software inderdaad door middel van de intentieverklaring aan hem zijn overgedragen. De voorzieningenrechter vindt dat niet aannemelijk. Want in de intentieverklaring staat niet dat partijen van plan zijn de auteursrechten over te dragen. De voorzieningenrechter oordeelt verder dat dit ook niet volgt uit het gedrag van partijen, namelijk uit de (feitelijke) overdracht van de broncode en de mededeling dat eiser de software meteen naar eigen wensen kon aanpassen en kon starten met het werven van klanten. Het is van begin af aan duidelijk geweest dat gedaagde minstens drie jaar eigen klanten wilde bedienen, logischerwijs met de software. Nergens staat dat de eiser aan dat gebruik voorwaarden kan stellen. De voorzieningenrechter wijst er ook nog op dat is bedongen dat de eiser de software niet zonder toestemming van gedaagde aan anderen ter hand mag stellen én dat gedaagde gedurende drie jaar niet met anderen in onderhandeling zal treden. Dat past niet bij een overdracht van auteursrecht. Het duidt volgens de voorzieningenrechter veel meer op een ruime, exclusieve licentieverlening aan de eiser, die vooruitloopt op een mogelijke auteursrechtoverdracht na drie jaar.

Opposant moet toegang verlenen tot Github

Rechtbank Den Haag 12 okt 2022, IT 4122; ECLI:NL:RBDHA:2022:10366 (Opposant tegen Dutch 5 e.a.)

Opposant heeft begin 2017 een opdracht aangenomen om de game te ontwikkelen voor Dutch 5 en het developmentteam aan te sturen. In september 2019 stopt Dutch 5 om financiële redenen met de ontwikkeling van de game. Opposant slaat de game op in de cloud (in Github). In maart 2020 wil Dutch 5 weer door met de ontwikkeling van de game. Maar opposant geeft Dutch 5 geen toegang tot de Github en daarmee dus niet tot de (broncode van de) game. Dutch 5 vordert volledige toegang tot die omgeving. De rechtbank gebiedt opposant de overeenkomst correct uit te voeren. Dit houdt onder meer in dat opposant op grond van de overeenkomst van opdracht en artikel 7:401 BW alles moet doen wat nodig is om Dutch 5 in staat te stellen de game zelfstandig door te ontwikkelen en te exploiteren. Daarbij hoort ook dat Dutch 5 toegang krijgt tot Github.

Geen schending zorgplicht bij belegging in crypto

Rechtbank Noord-Holland 12 okt 2022, IT 4129; ECLI:NL:RBNHO:2022:9336 (eisers tegen gedaagde)

Gedaagde heeft met het vermogen van eisers in cryptovaluta gehandeld en op een bepaald moment de gebruikte cryptorekeningen leeggehaald. Gedaagde zegt dat er sprake is van een hack, maar de eisers betwisten dat. De eisers spreken gedaagde primair aan op grond van een tekortkoming: de gedaagde zou zijn zorgplicht hebben geschonden. Subsidiair spreken de eisers gedaagde aan op grond van een onrechtmatige daad. De rechtbank is van oordeel dat er geen bijzondere zorgplicht is, omdat gedaagde niet als een professionele beleggingsdienstverlener moet worden beschouwd. Er is ook geen grond om aan te nemen dat gedaagde de gebruikelijke zorgplicht als opdrachtnemer heeft geschonden. De primaire vordering wordt afgewezen. Dat geldt ook voor de subsidiaire vordering: de eisers hebben onvoldoende gemotiveerd dat gedaagde onverantwoorde risico’s met hun vermogen heeft genomen en te weinig heeft gedaan om hun Binance-accounts te beveiligen.

Koopovereenkomst tokens rechtsgeldig

Gerechtshof Amsterdam 20 sep 2022, IT 4091; ECLI:NL:GHAMS:2022:2712 (appellant tegen geïntimeerde)

Appellant heeft MMTM tokens – een voorloper van een cryptocurrency – gekocht van Mobile Bridge Momentum. De kantonrechter heeft de overeenkomst wegens oneerlijke handelspraktijk vernietigd. Daartegen is Mobile Bridge Momentum bij het Hof in hoger beroep gegaan. Het Hof vernietigt (na verstekverlening) het vonnis van de kantonrechter: de overeenkomst moet in stand blijven. Het gaat om een handelaar in de zin van artikel 6:193a BW: een natuurlijk persoon of rechtspersoon die handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf of degene die ten behoeve van hem handelt. Dit laatste omvat de persoon die als tussenpersoon namens of voor rekening van een dergelijke handelaar optreedt (zie arrest van 24 februari 2022 van het Hof van Justitie van de EU in C-536/20 (Tiketa), punt 36, ECLI:EU:C:2022:112).

De vordering van Mobile Bridge Momentum tot nakoming van de overeenkomst wordt wél toegewezen. Het resterende bedrag van de koopprijs van de MMTM tokens moet aan Mobile Bridge Momentum worden betaald.

Vordering gemaakte ontwikkelkosten toegewezen

Rb. Den Haag 31 augustus 2022, IT 4088; ECLI:NL:RBDHA:2022:8730 (eiser tegen gedaagde)

Gedaagde bedacht het Self Decision Workbench-concept (hierna: SDWC). Eiser en gedaagde hebben voor de (verdere) ontwikkeling daarvan een samenwerkingsovereenkomst gesloten. Daarin is bepaald dat eiser de website van SDWC laat bouwen zonder daarvoor kosten bij gedaagde in rekening te brengen, tenzij er sprake is van beëindiging van de overeenkomst. Maar gedaagde besluit na twee jaar niet verder mee te werken aan SDWC. Eiser vordert op grond van de samenwerkingsovereenkomst een vergoeding van kosten voor de ontwikkeling van de website. De rechtbank oordeelt op grond van uitleg van de overeenkomst dat eiser daar inderdaad recht op heeft. De rechtbank volgt gedaagde niet in het standpunt dat er sprake is blokkerings-artikelen zoals die in de samenwerkingsovereenkomst staan. Het gevorderde verbod om de SDWC aan een derde aan te bieden of te verkopen voor een bedrag van minder dan vijf maal het bedrag van € 99.999,- wordt afgewezen, omdat er geen sprake is van een EXIT zoals bedoeld in de overeenkomst.

Colofon

Hoofdredactie: Ernst-Jan van de Pas, Dirkzwager
Eindredactie: de nieuwsbrief wordt samengesteld door SGOA in samenwerking met deLex Media.